5-1 situatie: Vierkantpassen
Deze oefening doe je best:
Hoe werkt de oefening?
Oefening om het vrijlopen te bevorderen, door veel passing mogelijkheden kan je de oefeningen op vele manieren uitbouwen. Van makkelijk tot moeilijk!
Doel: In zo kort mogelijke tijd zo vaak mogelijk een pas geven.
Level 1: 4 spelers tond de aanvaller en verdediger. Bal mag door elke speler en naar elke speler gepast worden. Je telt het aantal passen voordat de verdediger de bal 2 maal onderschept.
Level 2: Speler in het vierkant mag de bal naar buiten spelen, maar mag nu de bal niet terug spelen naar de speler van wie die de bal kreeg. De spelers aan de buitenkant mogen de bal ook niet meer onderling naar elkaar passen.
Level 3: Speler in het vierkant mag nu enkel een dieptebal krijgen van de spelers in het vierkant. De spelers in het vierkant mogen wel terug onderling naar elkaar passen.
Differentiatie:
- Maak het vierkant groter of kleiner
- Verander het aantal passen dat de verdediger moet onderscheppen om te winnen.
- Aanvaller wint bij 10 passen en verdediger wint bij 2 onderscheppingen.
- Speler mag geen 2 keer naar dezelfde speler passen.
- Speler van het vierkant die een pas krijgt moet eerst links of rechts passen voordat de bal terug naar de aanvaller mag.
- Speler van het vierkant die een pas krijgt moet eerst diagonaal passen voordat de bal terug naar de aanvaller mag.
Welke materialen heb je nodig?
- 1 bal
- 1 hesje
- 4 potjes