Maak een speelveld dat bestaat uit 2 even grote vakken.
In elke vak staan er evenveel spelers.
We spelen met 1 (zachte) bal en hiermee proberen we spelers in het andere vak aan te gooien.
Ben je er aan gegoid moet je uit het vak.
Wie overleeft het langst?
Variaties
- Als je de bal kan vangen ben je er niet aan of is de gooier er aan.
- Je mag ballen wegslaan met je vuist.
- Voor de veiligheid kan je zeggen dat het hoofd niet telt.
- Spelers die de bal hebben mogen niet lopen met de bal. Hierdoor moeten ze beter samenwerken.
- Je kan ook werken met het principe dat wanneer je af bent, je jezelf moet opstellen rond het speelveld van het andere team. Alle ballen die buitengaan mogen zij dan langs die kant teruggooien naar hun werpers.
- Je kan ook zeggen dat de spelers die rond het speelveld staan van de andere ook spelers kunnen aangooien. Als zij iemand raken mogen ze terug naar hun speelveld.
- Je kan ook werken met een koning die in het begin uit het spel is en de ballen vangt achter de andere hun speelveld. De koning kan er niemand aangooien en enkel teruggooien. Spelers die uit zijn kunnen wel terug het spel in geraken. Maar staan er nog maar 2 spelers, moet de koning het spel ingaan. De koning heeft 2 levens en kan nu mensen er aan gooien, maar als de koning 2 keer geraakt is, wint het andere team.